Omgeving
Grevelingenmeer
Na de Watersnoodramp van 1953 werden de Deltawerken uitgevoerd. Met de aanleg van de Grevelingendam in het oosten en de Brouwersdam in het westen, ontstond er een van de grootste zoutwater meren van West-Europa, het Grevelingenmeer.
De dammen verbonden het eiland Schouwen-Duiveland met het noorden en dit had al snel een enorm effect op het toerisme. Zeilers ontdekten het Grevelingenmeer. Zonder getij en met een prachtige onderwater flora en fauna weet het Grevelingenmeer duikers uit binnen- en buitenland te trekken.
Scharendijke
Bij de wederopbouw na de Watersnoodramp werd de focus op Scharendijke gelegd en niet op het naburige Elkerzee. Het landbouw- en dijkwerkersgehucht veranderde in een recreatiedorp. Het landbouwhaventje Kloosternol ontwikkelde zich tot een populaire jachthaven. Er kwamen campings en er werden bungalowparken aangelegd.
Duikscholen spelen met introductieduiken in op de mogelijkheden van het Grevelingenmeer. Drie scheepswrakken die zijn afgezonken, maken Scharendijke ook voor de gevorderde duiker interessant als duikplek.
Met de Brouwersdam als hotspot voor tal van (extreme) strand- en watersporten, het Noordzeestrand nabij, de Grevelingen over de dijk en het weidse polderlandschap in het zuiden heeft Scharendijke de toerist veel te bieden.
Historie
Schouwen-Duiveland staat bekend om zijn vele (rijks)monumenten, maar het dorp Scharendijke speelt daar nauwelijks een rol in.
Toch is er zeker wat te zien in de directe omgeving. Niet ver van molen De Lelie ligt de korenmolen ’t Hert uit 1748, beide zijn overigens rijksmonument. Vrijwillige molenaars laten de molens geregeld draaien. Heel Zeeuws is de lange lijn aan Muraltmuurtjes, die van Scharendijke vrijwel ononderbroken over de dijk langs de Grevelingen doorloopt tot bij Den Osse.
Muraltmuurtjes
Deze betonnen ophogingen op de dijkkruin zijn een uitvinding van jonkheer ir. R.R.L. de Muralt. Als hoofd van de Technische Dienst van het waterschap Schouwen ontwikkelde hij na de stormvloed van 1906 deze dijkverhoging. Het dijklichaam hoefde daarbij niet verbreed te worden. Op een betonnen fundering werd op geregelde afstand staanders geplaatst met daartussen drie of vier betonnen platen tot een meter hoog. In 1935 was zo’n 120 kilometer aan Zeeuwse zeedijken versterkt met deze muurtjes. De muraltmuurtjes waren vooral bedoeld om hoge golfoverslag tegen te houden. Dat ze niet geschikt waren als waterkering bleek tijdens de Watersnoodramp.
Bij de Deltawerken en de daaropvolgende dijkversterking zijn dan ook veel muraltmuurtjes gesloopt. De muurtjes tussen Scharendijke en Den Osse zijn nu rijksmonument.
Maria is mijne naeme, mijn geluit is Jesus bequame
Niet zichtbaar maar wel hoorbaar is de Mariaklok uit 1465. Zij heeft al op verschillende plaatsen haar roepstem laten horen. Oorspronkelijk was zij de luidklok van klooster Bethlehem dat begin 13e eeuw tussen Scharendijke en Elkerzee werd gesticht. In 1572 plunderden de watergeuzen het klooster en vluchtten de zusters cisterciënzen Zeeland uit. De bezittingen werden verkocht en de Mariaklok kwam in de kerktoren van Elkerzee te hangen.
Na de Watersnoodramp werd de gehavende kerk van Elkerzee niet meer herbouwd. De Jacobuskerk in Renesse kreeg de preekstoel en de nieuwe Bethlehemkerk van Scharendijke de Mariaklok.
Buurtschappen en buurdorpen
De hoger gelegen begraafplaatsen van de gehuchten Looperskapelle en Brijdorpe zijn rijksmonumenten en herinneren aan een glorieuzer bestaan dan de kleine buurtschappen die zij nu zijn. In de middeleeuwen was Brijdorpe – Briepe – door zijn haven een belangrijke plaats. Maar verzanding van de kreek en de keuze van graaf Floris V in 1286 voor een nieuw haventje, het huidige Brouwershaven, zorgden voor de teloorgang.
Voor Elkerzee, ooit de grootste parochie van Schouwen, betekende de Watersnoodramp het einde van kerk, school en winkels. Bij de wederopbouw werd ervoor gekozen de kerk niet te redden en de focus werd op Scharendijke gelegd.
Ook het kleine Ellemeet heeft geen kerk meer. Na verwoesting door de Spanjaarden die in 1572 in brand staken, is deze niet meer herbouwd. Het hoger gelegen oude kerkhof ligt in de polder. Ooit lang het dorp zelf daar ook, maar een stormvloed verdreef de inwoners naar de huidige plaats.
Vliedbergen
Opvallend is dat begraafplaatsen en kerken vaak op hogere plekken (terpen) werden gebouwd om te voorkomen dat bij een stormvloed ze onderwater kwamen te staan.
Aan de rand van Scharendijke, vlak bij molen De Lelie, ligt een 5 meter hoog heuveltje. Dit is 1 van de 2 overgebleven vliedbergen van Schouwen-Duiveland. De andere, 3 meter hoog, ligt aan de Heuvelsweg bij Zierikzee.
Zeeland had ooit ongeveer 170 van dergelijke verhogingen in het landschap. Lange tijd werd aangenomen dat het vluchtplaatsen waren bij watersnoden. Onderzoek wijst uit dat de opgeworpen aarde de basis vormde voor mottekastelen. Deze houten bouwwerken waren relatief eenvoudig en snel te maken als verdediging tegen invallen. Er zijn nu nog zo’n 40 Zeeuwse vliedbergen over, de hoogste is 14 meter. Bij museum Terra Maris (Oostkapelle) kun je een reconstructie van een mottekasteel bezoeken.
Molen fietstochten
Vertrek vanaf Molen de Lelie (ook mogelijk vanaf een andere molen op de route te vertrekken)
- Bij Molen de Lelie linksaf de Elkerzeeseweg op;
- Na 1,8 km linksaf het fietspad op (schelpenpad deze gaat door de polder en U heeft geen last van auto’s);
- Einde fietspad rechtsaf daarna linksaf Blankersweg op;
- Einde rechtsaf Schouwse dijk op na 250 m. linksaf naar Jeanzz en ga de dijk op;
- Op de dijk rechtsaf fietspad op (richting knooppunt 97);
- Fiets einde fietspad rechtdoor daarna linksaf Nieuwe Jachthaven op;
- U fietst nu langs Molen de Haan, de oudste molen van Schouwen-Duiveland. De molen is niet van binnen te bezichtigen, U kunt hem wel huren als vakantiewoning;
- Deze gaat over in Havennoordzijde;
- Einde linksaf en gelijk weer linksaf Havenzuidzijde op;
- De weg links vervolgen en U komt bij Molen de Windlust;
- Molen de Windlust is in 1935 gebouwd door molenmaker Jan van Hamer. Hij bouwde dit molentje als demonstratiemodel voor zelfzwichting, een wieksysteem;
- Vanaf Molen de Windlust linksaf fietspad op en helemaal uitrijden;
- Rechtdoor de Borrenbroodsedijk op einde linksaf de Kijkuitsedijk op;
- Einde rechtsaf fietspad op Dijkhuisjes;
- 1e links Korteweg op;
- Einde rechts Binnendijk;
- Einde rechts de Veerdijk op u rijdt Zonnemaire in;
- na 200 m. ziet U Molen de Korenbloem;
- Molen de Korenbloem is gebouwd in 1873. Tijdens de 2e wereldoorlog moesten de roede(wieken) grijs geverfd worden; zij waren namelijk rood van kleur maar dat leek hier “verdacht” veel op oranje. Als de molen draait kunt u een kijkje binnen nemen, molenaar Jan laat u graag zijn molen zien;
- U rijdt vanaf Molen de Korenbloem terug linksaf de Veerdijk op;
- 1e rechts Stoofweg op;
- 1e rechts Dreischorsedijk op;
- De weg oversteken (kruising Gaanderseweg);
- De Dreischorsedijk volgen naar Noordgouwe (knooppunt 61 volgen);
- Sla rechtsaf Oosterweegje op (knooppunt 94 volgen);
- U rijdt Noordgouwe in en ga op de ring rond de kerk linksaf;
- 1e linksaf Heereweg;
- Alsmaar rechtdoor blijven rijden, bij de rotonde Kerkwerve ook rechtdoor;
- Weelweg op, bij ring rond de kerk linksaf Kerkweg op rechtdoor Verseputseweg op;
- Einde Verseputweg rechtsaf fietspad op;
- U komt in Moriaanshoofd, ga rechtsaf de Oude Hoofdweg op;
- U fietst nu blangs Molen de Zwaan;
- Molen de Zwaan is in 1886 overgeplaatst naar het gehucht Moriaanshoofd. Voor 1886 deed hij zijn werk als watermolen in de buurt van Leerdam . Het is de enige molen van het eiland die niet van steen is, het is een achtkantige molen met riet gedekt;
- Einde links en weer rechts de Slikweg op even later rijdt u langs Plan Tureluur;
- Einde links Delingsdijk op;
- 1e rechts Schelpweg op;
- Deze weg vervolgen en voor het viaduct naar rechts Weelweg op(knooppunt 85) weg vervolgen;
- U fietst nu langs Molen ’t Hert;
- Molen ’t Hert is gebouwd in 1748 op de plaats waar voorheen en houten molen stond. Naast de molen staat het “Buuluus” waar zich de buil (zeefmachine) bevindt. Deze buil wordt aangedreven door de molenwieken. ’t Hert is al jaren eigendom van een telg uit het molenaarsgeslacht Dijkman;
- Na Molen ’t Hert Weelweg uitrijden tot de rotonde.
U bent weer bij Molen de Lelie. Kopje koffie? U kunt via Google Earth ook de korte en lange Molenfietstocht rijden als in bent ingelogd.
Molen wandeltocht
U kunt deze wandeling op verschillende plaatsen starten bijvoorbeeld vanaf uw camping of op de ruime parkeerplaats bij Molen de Lelie
Kasteelberg
Een kasteel- of vliedberg is een klein, kunstmatig heuveltje, dat in de vroege Middeleeuwen werd opgeworpen om dienst te doen als
mottekasteel of “Chateaux au motte”. Tegenwoordig rest van deze kastelen slechts de aarden heuvel waarop het primitieve kasteel gebouwd werd.
De in Zeeland voorkomende vliedbergen hadden waarschijnlijk dezelfde functie als “de hege wieren” in Friesland. Er waren in Zeeland ooit zo’n 170 vliedbergen, tegenwoordig zijn er nog 40 vliedbergen terug te vinden in het landschap.
Molen ’t Hert
Molen ’t Hert is een korenmolen, gebouwd in 1748 op de plaats waar voor die tijd een houten molen stond. ’t Hert is al generaties lang in het bezit van de familie Dijkman. De 2 koppels molenstenen werden gebruikt voor boeren- en bakkersgemaal. Uniek is het naast de molen
gelegen “Buuluus”, waar de buil (een zeefmachine) voor de productie van witte bloem staat. Als de molen draait kunt u een kijkje binnen nemen, ook kunt u even uitrusten op de picknickbank.
Molen ’t Hert en molen de Lelie hebben beide tijdens de watersnoodramp van 1953 in het water gestaan. Op de gevel van Molen ‘t Hert is te zien tot waar het water gestaan heeft.